Om nieuwe lezers even bij te benen: over een zestal maanden wacht ons dus de Mera Peak in Nepal. Die Mera Peak toornt 6.476 m. hoog uit en wordt dus best niet onvoorbereid bedwongen.
Eender wie zich aan zo'n een hoge trekking/ beklimming waagt zal op een bepaald moment geconfronteerd worden met een aantal uitdagingen, 'things to tackle' (in het Engels klinkt het mooier, toch?). Ik heb er voor mezelf een viertal gedefinieerd. Het zijn vier elementen die de komende weken en maanden mijns inziens een specifieke voorbereiding zullen vergen.
Eender wie zich aan zo'n een hoge trekking/ beklimming waagt zal op een bepaald moment geconfronteerd worden met een aantal uitdagingen, 'things to tackle' (in het Engels klinkt het mooier, toch?). Ik heb er voor mezelf een viertal gedefinieerd. Het zijn vier elementen die de komende weken en maanden mijns inziens een specifieke voorbereiding zullen vergen.
Om welke vier gaat het? Er is vooreerst en uiteraard de louter fysiek-conditionele beproeving, wat als een constante - begin tot einde - doorheen de trekking lopen zal. Vanaf 5.500 m. krijgt die beproeving nog een bijkomende dimensie. En dat is geen lukraak gekozen grens. Vanaf die hoogte begeef je je namelijk in de zone die op 8.000 m. uiteindelijk uitmondt in de zogenaamde 'death zone'. Ian Taylor zegt daarover:
"A fact that is not commonly known to many people is that above 5.500 m. nothing lives and nothing can survive. Once you cross into this height, you are entering into the lower realm of the death zone, which means that your body is slowly dying, and no one can fully acllimatize above this height."
Zonder dat gevoel voor overdrijving kan je het ook zo stellen:
"Acclimatisation is possible up to about 5.000-5500 metres, but above this elevation there is a fine balance between adjustment to altitude and deterioration*."
*deterioration: achteruitgang
*deterioration: achteruitgang
Naast de hoogte is er uiteraard ook de temperatuur. Op het Mera hoogtekamp (5.800 m.), waar we twee keer overnachten in tentjes, kan de temperatuur vlotjes richting -20°C duiken. De gevoelstemperatuur, de 'wind chill' in vakjargon, ligt vaak nog een 10-tal graden lager. Geen onbelangrijk detail: de klim naar de Mera Peak vatten we aan in het holst van de nacht (rond 03 uur), om tegen zonsopgang de Peak te kunnen bereiken.
Al die elementen samen - het fysieke, de hoogte en de temperatuur - zorgen ervoor dat de beklimming je op een bepaald moment ook mentaal tot het uiterste zullen drijven.
Op de website van Project Himalaya worden er nu niet bepaald doekjes om gewonden - 'La Mama' Francine kan hier best even over lezen ;):
"Mera Peak is one of the more dangerous. Typically, out of a group of 10 members two to four might make the summit, perhaps eight or nine will feel sick and two or three might not even make the Mera La (5.415 m.). In most groups at least one person will get ataxia* and without immediate descent death is only a day or so away."
*ataxie: samenvattend begrip voor verschillende verstoringen van het evenwicht en de bewegingscoördinatie
Slik. Ofwel is dit lichtjes overdreven, ofwel is de tocht dus ronduit gevaarlijk en liggen de slaagkansen niet bepaald hoog, met zo'n 20 tot 40% die uiteindelijk de top bereikt.
En dat herinnert me nog maar eens aan het belang van de voorbereiding, waarbij ik het leggen van een stevige basis in mijn conditie nu als eerste concreet doel stel. Wellicht wordt dit ook één van de belangrijkste elementen in mijn voorbereiding, maar daarover later zeker meer.
Ik heb intussen dan ook al maar het stof van mijn hartslagmeter geblazen. Je hartslag geeft belangrijke informatie over tal van factoren. De 'Fitness Test' van Polar, die de aerobe conditie in rust meet - vergelijkbaar met de maximale zuurstofopname (VO2max) die vaak gebruikt wordt bet het bepalen van de aerobe conditie - bevestigde me wat ik helaas al had vermoed: conditieniveau laag. Twee pianoconcertjes begin dit jaar én een nieuwe job zijn dan wel misschien uitdagend geweest, maar in elk geval niet op het fysieke vlak. Want maar één mini pasje ben ik verwijderd van het resultaat waarmee ik best in een hoekje kan gaan zitten wenen... Wat een horribel resultaat. So I better shape up.
Op de website van Project Himalaya worden er nu niet bepaald doekjes om gewonden - 'La Mama' Francine kan hier best even over lezen ;):
"Mera Peak is one of the more dangerous. Typically, out of a group of 10 members two to four might make the summit, perhaps eight or nine will feel sick and two or three might not even make the Mera La (5.415 m.). In most groups at least one person will get ataxia* and without immediate descent death is only a day or so away."
*ataxie: samenvattend begrip voor verschillende verstoringen van het evenwicht en de bewegingscoördinatie
Slik. Ofwel is dit lichtjes overdreven, ofwel is de tocht dus ronduit gevaarlijk en liggen de slaagkansen niet bepaald hoog, met zo'n 20 tot 40% die uiteindelijk de top bereikt.
En dat herinnert me nog maar eens aan het belang van de voorbereiding, waarbij ik het leggen van een stevige basis in mijn conditie nu als eerste concreet doel stel. Wellicht wordt dit ook één van de belangrijkste elementen in mijn voorbereiding, maar daarover later zeker meer.
Ik heb intussen dan ook al maar het stof van mijn hartslagmeter geblazen. Je hartslag geeft belangrijke informatie over tal van factoren. De 'Fitness Test' van Polar, die de aerobe conditie in rust meet - vergelijkbaar met de maximale zuurstofopname (VO2max) die vaak gebruikt wordt bet het bepalen van de aerobe conditie - bevestigde me wat ik helaas al had vermoed: conditieniveau laag. Twee pianoconcertjes begin dit jaar én een nieuwe job zijn dan wel misschien uitdagend geweest, maar in elk geval niet op het fysieke vlak. Want maar één mini pasje ben ik verwijderd van het resultaat waarmee ik best in een hoekje kan gaan zitten wenen... Wat een horribel resultaat. So I better shape up.
Er is dus wel wat werk aan de winkel. In een online-brochure over de Mera Peak vond ik voor wat betreft het leggen van de basisconditie volgende richtlijn:
"Als maatstaf kunt u nemen, dan u elke week in staat moet zijn om 2 dagen achter elkaar 80 kilometer per dag te fietsen in een hoog tempo (ongeveer 25 tot 30 kilometer per uur), zonder heel erg moe te worden (...) Voor hardlopen geldt dat het uitlopen van 15 kilometer in een goede tijd (een goede tijd is een tijd onder de anderhalf uur) een maatstaf is."
Die vijftien kilometer over minder dan anderhalf uur wil ik ergens tegen de zomer halen. Ik bestelde alvast ook het boek 'training for the new alpinism', dat me hopelijk verder inspireren kan in mijn voorbereiding naar onze expeditie Mera Peak.
Reacties
Een reactie posten