Zo druk ben ik de jongste weken geweest met trainen (en ook wel wat reizen, toegegeven), dat ik bijna niet (meer) aan schrijven toekwam. Maar ik neem me (opnieuw) voor om terug wat regelmatiger te schrijven. Het verplicht me om me ook in m'n gedachten, met letters en woorden in het bijzonder, voor te bereiden op onze expeditie. En niet enkel met het aanmaken van nieuwe spiercellen. Maar nu we het daar tóch over hebben: de frequentie van mijn fysieke trainingen zit nu eindelijk bijna waar ze hoort te zitten: op kruissnelheid, vier keren per week. Het vraagt ontzettend veel van mijn lijf. Het past zich aan, maar laat me mijn avondlijke trainingen, waar ik voortdurend flirt met mijn fysieke grenzen, 's ochtends voelen tot in het diepste van mijn spiervezels. En ik ben al geen ochtendmens. Aan zij die overwegen om me uit te lachen met de volgende zin die komt: lees eerst dit . Frisse pintjes werden ingeruild met lauwe tetra-brikjes Cécémel - in de ijdele hoop dat lijf en lede
Met pieken en dalen richting de Himalaya